Vleesetende planten

Pinguicula esseriana (Vetblad)

Missing alt text...

Algemeen

Pinguicula esseriana is een bijzondere vleesetende plant uit de familie Lentibulariaceae, afkomstig uit Mexico. Deze compacte “vetblad” vangt zijn prooien via kleverige bladeren en wordt veel gehouden door liefhebbers vanwege zijn schattige formaat en relatief gemakkelijke verzorging. De plant is niet alleen functioneel als insectenvanger, maar siert ook menige vensterbank door zijn fraaie bladrozet en tere bloemetjes.


Uiterlijke kenmerken

Op het eerste gezicht lijkt deze vetbladsoort op een kleine, succulente plant. De bladeren vormen een compacte rozet van 2 tot 5 cm doorsnee. Ze zijn lichtgroen tot geelgroen, dik, rond tot ovaal, en bekleed met piepkleine kliertjes die helder, plakkerig slijm afscheiden. Dit is het geheime wapen waarmee de bladeren kleine insecten vangen en verteren. Tijdens de bloei, meestal in lente of vroege zomer, verschijnen er dunne steeltjes met charmante, violet- tot lichtpaarse bloemetjes die verrassend groot kunnen zijn in verhouding tot de kleine rozet.


Levenswijze

De plant gebruikt zijn glinsterend kleverige bladeren om vooral kleine vliegjes, fruitvliegjes, mugjes en springstaarten te vangen. De prooi blijft plakken, waarna enzymen worden afgescheiden die de insecten verteren. De vrijgekomen voedingsstoffen worden vervolgens opgenomen door speciale kliercellen in het blad. Dit geeft de plant een extra boost, vooral in zijn natuurlijke habitat waar de bodem arm is aan mineralen.


Habitat en bescherming

Van nature komt deze soort uit het noorden van Mexico, op kalkrijke, vochtige rotshellingen of in de schaduw van struikgewas. Zoals veel Mexicaanse pinguicula’s groeit ze op plaatsen waar het regenseizoen wordt afgewisseld door droge, koele perioden. Door de beperkte verspreiding en de druk van habitatvernietiging is bescherming van deze soort in het wild belangrijk. In cultuur is hij gelukkig breed verkrijgbaar, wat oververzameling voorkomt.


Cultivatie

Thuis kweken is doorgaans goed mogelijk. Start met bladstekken of deel een bestaande plant voorzichtig. Gebruik altijd schone materialen om schimmel te voorkomen. Zet jonge plantjes op een lichte, maar niet te hete plek en houd het substraat aanvankelijk iets vochtiger tot ze goed geworteld zijn. Na enkele maanden kunnen ze als volwassen plant verder verzorgd worden.


Bijzonderheden

Wat deze soort zo geliefd maakt, is niet alleen zijn compact formaat, maar vooral zijn vermogen om zich met name in de wintermaanden terug te trekken in een miniatuur-‘succulentenstand’. De bladeren worden dan dikker en kleiner, en de plant overleeft zo droogte en koelere perioden. Dit stelt haar in staat om verrassend stressbestendig te zijn voor een vleeseter.


Verzorging

Licht

Deze vetbladsoort houdt van helder en indirect licht. Een raam op het oosten of westen is ideaal. In de winter mag het licht wat minder fel zijn.

Temperatuur

Overdag doet de plant het goed bij temperaturen tussen de 18 en 25°C. Nachtelijke afkoeling tolereert ze zonder problemen, zelfs tot 10°C in de rustperiode.

Water

Gebruik uitsluitend regenwater of gedemineraliseerd water. Houd de grond net vochtig tijdens de groeiperiode. Gedurende de winter droger houden: geef alleen water als het substraat volledig droog is.

Grond

Een luchtig mengsel van 2 delen fijn perliet, 1 deel grof zand en 1 deel vermiculiet, eventueel met wat vermalen kalksteen, biedt veel stabiliteit en de juiste voedingsarme basis.

Voeding

Geen extra (kunst)meststoffen! De plant haalt het nodige uit gevangen insecten. Eventueel kun je af en toe een klein fruitvliegje toevoegen bij kweek op een insectenarme plek.

Luchtvochtigheid

Redelijk tolerant, al geldt: 40–60% luchtvochtigheid is ideaal. Voorkom langdurig droge lucht én natte bladeren.

Rustperiode

Van oktober tot februari treedt doorgaans een rustperiode in, waarin de plant compacter blijft. Geef dan spaarzamer water en geen voeding. Zet haar wat koeler indien mogelijk.


Veelvoorkomende problemen

Bladeren verkleuren of verbranden

Oorzaak: Te veel direct zonlicht zonder geleidelijke gewenning.
Oplossing: Laat de plant langzaam wennen aan feller licht door haar geleidelijk langer bloot te stellen aan direct zonlicht.

Bruine bladranden

Oorzaak: Te hard leidingwater of te hoge meststofconcentraties.
Oplossing: Gebruik alleen zacht (regen/gedemineraliseerd) water en geef geen kunstmest.

Bladrozet krimpt of bladeren worden stug

Oorzaak: De plant is in rustperiode of heeft te weinig water gekregen.
Oplossing: Controleer de groeifase: pas watergift aan het seizoen aan en geef tijdens de groei altijd lichtvochtig substraat.

Geen bloemvorming

Oorzaak: Te weinig licht of te warme/vochtige winterrust.
Oplossing: Zorg in de winter voor koele temperaturen (rond 12–15°C) en helder, indirect licht.

Schimmelgroei op substraat of bladeren

Oorzaak: Te nat gehouden grond, slechte ventilatie.
Oplossing: Verbeter de ventilatie, verpot eventueel in vers en luchtiger mengsel, geef minder water.


Missing alt text...

© 2025 Noorden.com. All rights reserved, unless otherwise stated.

Aantal planten in database: 23

Made with Baserow